Menu
Ouverture Fantastique

Ouverture Fantastique

686
Composer Benoit Peter
Duration 12 min. 0 sec.
Difficulty 5 : Difficult

Description

Het eerste originele werk voor fanfareorkest met de volledige saxofoonfamilie werd gecomponeerd door de belangrijkste figuur uit de Vlaams Nationale School : Peter Benoit (1834-1901). De Ouverture Fantastique dateert uit 1856, één jaar voor Benoit de ‘Prix de Rome’ won en sluit een eerste periode van compositie af die algemeen omschreven wordt als zijn leertijd. Reeds op jonge leeftijd componeerde Peter Benoit zijn eerste werken voor de Sint-Salvatorkerk en voor de Sint-Ceciliafanfare van zijn geboortedorp Harelbeke. Deze korte werken (meestal marsen) zijn nog niet teruggevonden. Van vele van zijn ouvertures verschenen later bewerkingen voor harmonie- en fanfareorkest maar deze Ouverture Fantastique is zijn enige originele werk voor blaasorkest en maakt dit werk (zeker historisch gezien) nog interessanter. De oorsprong van dit werk ligt bij zijn jongere broer Edmondus Henricus Benoit. Edmond was het zwarte schaap van de familie maar had ook muzikale talenten en zou conservatorium volgen. In april 1852 was Peter Benoit bij Jean-Christophe Schröder (kapelmeester bij de Grenadiers) om zijn broer Edmond aan te bevelen als klarinettist. Edmond speelde echter zeer slecht voor Schröder en moest terugkomen. In oktober 1852 blijkt Edmond welkom bij de Carabiniers om er bugel te spelen. Kort daarna zal hij trombone gaan studeren aan het Conservatorium en er een tweede prijs trombone behalen. Waarschijnlijk door bemiddeling van zijn broer Edmond componeert Peter Benoit als dank in 1856 een Ouverture Fantastique voor fanfareorkest. In een brief van 26 juni 1856 aan zijn ouders vermeldt Peter Benoit een uitvoering van deze ouverture door de Carabiniers vermoedelijk onder leiding van Charles François Panne. Benoit reageerde fel tegen het Frans epigonisme in de Vlaamse muziek en zocht naar een eigen Vlaamse toonspraak die door zijn leerlingen (elk op hun eigen manier) werd voortgezet. Zijn hoofdbekommernis was de sociale betrokkenheid van het volk met de muziek en het eigen muziekleven. Hij bracht de muziek naar het volk, met een eenvoudige stijl en volksliederen die de mensen kenden en werd daardoor algemeen beschouwd als ‘de man die zijn volk leerde zingen’. De vorm van de ‘Ouverture Fantastique’ is zeer klassiek met een mysterieuze inleiding in sol klein en een allegro-poco-vivace-gedeelte dat doet denken aan de romantische ouvertures van Carl Maria von Weber. Het allegro-deel is een perfecte sonatevorm met een virtuoos eerste thema in sol klein en een triomfantelijk (bijna jubelend en volksliedachtig) tweede thema.

Files

Ouverture Fantastique

Product successfully added to your cart.